Als je de wereld wilt ontdekken, moet je je telefoon eens wegleggen

Het is nogal makkelijk om te begrijpen waarom we tegenwoordig allemaal zo geobsedeerd zijn door onze smartphones. Het zijn geweldige apparaten die ons 24/7 toegang geven tot de hele wereld en al onze vrienden. Telefoons zijn nuttig, leuk en – we geven het toe – verslavend.

Voordat we verdergaan, eerst even dit: dit artikel is niet bedoeld om je een slecht gevoel te bezorgen of om een schuldige aan te wijzen. Ook is dit artikel niet mijn Grote Manifest voordat ik mijn internet voorgoed uitschakel en in de wildernis ga leven (ik heb zelfs totaal geen plannen in die richting).

Maar eerder dit jaar, toen ik een roadtrip maakte door Italië, besefte ik dat er iets niet klopte. Aan het eind van de reis stond ik voor de Toren van Pisa en viel het me ineens op hoezeer ik zat vastgelijmd aan mijn telefoon, net zoals de zee van verlichte gezichten om me heen. Ik realiseerde me dat iedereen deze geweldige toren alleen maar door een schermpje bekeek.

Het voelde als een gemiste kans om écht van het hier en nu nu te genieten, en zonde dat ik de wereld niet ervoer zoals ie echt was. Daarom besloot ik enkele van onderstaande tips toe te passen op mijn eigen leven en mijn reizen. Zo ben ik er zeker van dat ik de wereld voortaan méér ervaar.

1. Zet je telefoon op vliegtuigstand

Het is nogal verleidelijk om steeds opnieuw je favoriete apps te openen. Iedereen (of bijna iedereen) heeft weleens meegemaakt hoe ie een kwartier door Instagram scrolde, verveeld raakte, de app sloot en vervolgens direct weer opende.

Maar als je je toestel op vliegtuigstand zet, dan word je niet continu in die verleiding gebracht. In de apps zie je dan alleen wat je al gezien hebt (als ze überhaupt laden) en hopelijk zorgt dat ervoor dat je uit de eeuwige app-open-cyclus stapt en je herinnerd wordt aan het feit dat je je aandacht op de echte wereld moet richten. Bovendien bespaart het batterij, wat wel zo handig is als je op reis bent.

1. Neem de kleinste data-bundel die er is

Als de vliegtuigstand niet goed werkt voor je, dan werkt de het risico om je bundel op te maken misschien wel. Ik kan reizigers sowieso aanraden om een prepaid databundel te kopen als ze naar het buitenland gaan. Dan heb je net genoeg voor noodgevallen en voor navigatie, maar zal je er zorgvuldig mee omgaan. Je kunt die bundel natuurlijk altijd ophogen als je door je data heen bent,  maar is het dan echt de moeite waard om geld uit te geven om voor de zoveelste keer een video van de goudvis van je flatgenoot te zien? Misschien. Maar misschien ook niet.

1. Zorg weer voor wat structuur

Toen ik op de middelbare school zat, kwam Facebook net op. Je voegde iedereen toe die je kende en postte berichten over belangrijke zaken, zoals naar welke muziek je luisterde. We waren nog geen helden op het gebied van sociale media, maar één ding hadden we toen wel: er zaten grenzen aan waar en wanneer je ze kon gebruiken.

Als je op een of andere geweldige vakantie ging, dan moest je wachten tot je weer thuis voor je computer zat voordat je er iets over kon posten. Of als je een vriend in Nederland iets wilde sturen, moest je wachten tot je weer in je hotel was. Je kon slechts op bepaalde momenten achter je scherm zitten en als het echt een fantastische reis was, dan was je de rest van de tijd daar zo van aan het genieten dat je geen tijd of energie wilde besteden aan wat er allemaal online gebeurde.

Om je te helpen om het maximale uit je reis te halen – en om de échte wereld te ervaren in plaats van jezelf continu in de onlinewereld te verdiepen – raad ik je aan om wat van die structuur en discipline van vroeger in ere te herstellen. Je telefoon op vliegtuigmodus zetten helpt al, maar besluiten dat je pas iets plaatst als je weer in je hotel bent, helpt  ook om gedisciplineerd te blijven. Enne…

1. Gebruik een echte camera

Ik was dol op mijn Polaroidcamera (zo’n camera die de foto direct printte). Ik had foto’s van alles en iedereen waar ik zelfs maar een béétje dol op was. En hoewel ik nu ongeveer vijftien jaar aan geweldige digitale foto’s op mijn computer heb staan, blijven de Polaroidfoto’s en de foto’s die ik met mijn spiegelreflexcamera heb gemaakt en heb uitgeprint en ingelijst, nog altijd ongelooflijk bijzonder.

Ik koester die foto’s nu iets meer. Misschien komt dat doordat ik met een echte camera minder kans heb om de foto te maken die ik wil dan met mijn iPhone, omdat mijn materialen en geheugen beperkt zijn. Je geheugenkaartje kan immers vol raken, of je batterij leeg. En een powerbank voor je camera heb je vast niet. En misschien ook wel omdat ik avondenlang zit te photoshoppen voordat ik een foto van mijn spiegelreflexcamera goed genoeg vind om aan de rest van de wereld te laten zien. Beide soorten camera’s zijn goede tools als je minder tijd wilt besteden aan je telefoon, maar nog steeds mooie, tastbare herinneringen wilt overhouden aan je buitenlandervaringen.

1. Sluit een deal met je vrienden/medereizigers

We hebben het allemaal weleens meegemaakt: zit je aan tafel in een geweldig nieuw restaurant in de stad waar je altijd al met je vrienden naartoe wilde, wordt het eten geserveerd en pakken de zes mensen om je heen allemaal hun telefoon om snel een maaltijdfoto te maken voor op Insta. Waarschijnlijk boeit het je zelf niet eens echt, maar maak je zelf ook maar snel een foto omdat iedereen dat zou eenmaal doet.

Maak de volgende keer slim gebruik van die groepsmentaliteit en vraag iedereen om z’n telefoon thuis te laten. Met een paar goede vrienden heb ik de deal dat we eten zonder onze smartphones erbij. De eerste die wel z’n toestel pakt, moet iemand anders trakteren. En zelfs als het maar een goedkope maaltijd is, is het een leuke uitdaging en een goeie reminder dat we onze qualitytime willen doorbrengen zonder steeds gestoord te worden door technologie.